Hoofdcategorie
|
Vorm
|
Deelbegrip
|
Vormcontrasten
|
Afbeelding
|
|
Korte
omschrijving
Van het begrip
|
Wanneer vormen naast
elkaar geplaatst worden, worden verschillen duidelijk, zogenaamde
vormcontrasten. Dit zie je met het etiket op het flesje.
|
Hoe in de afbeelding
|
Je ziet vijf dezelfde
flesjes die niet strak naast elkaar staan maar wel op een rij.
|
Welk effect in de
afbeelding
|
Er is een soort diepte
te zien, want het ene fles staat wat naar voor en de ander naar achter. Dit
is gedaan om het ene flesje hoger te schilderen dan de ander.
|
maandag 1 juli 2013
Schilderij Massacultuur + Beeldaspecten - Loes van de Wetering
# Format Beeldaspecten
Schilderij Klassiek + Beeldaspecten - Loes van de Wetering
# Format Beeldaspecten
Hoofdcategorie
|
Ruimte
|
Deelbegrip
|
Lijnperspectief
|
Afbeelding
|
|
Korte
omschrijving
Van het begrip
|
Op dit schilderij is
vanuit één lijn geschilderd. Dit zie je door dat het einde steeds smaller
wordt.
|
Hoe in de afbeelding
|
Je ziet een straat in
de vorige eeuw. Dit zie je door de kleding die de mensen op straat dragen.
Je ziet de lucht op deze afbeelding. En het kleur gebruik is grauw. Dit zou ook kunnen komen doordat het in de avond is, want de lantaarnpalen staan aan. |
Welk effect in de
afbeelding
|
De lantaarnpalen geven
een lichteffect. Dit zijn de lichtbronnen ook wel strijklicht genoemd worden.
Dit kun je zien door de schaduw ook wel de slagschaduw genoemd. De schaduw
die een belicht voorwerp werpt op zijn omgeving. Deze schaduw is geen
onderdeel van het object maar van zijn omgeving, en benadrukt de ruimte.
|
Zelfbedachte Beeldende Vorming les voor groep 5
In College 8 moesten we een eigen BV les bedenken. Bij de zelfbedachte beeldende vorming les voor de midden- of bovenbouw hebben wij het lesfasenmodel gebruikt uit college 3. Het lesfasenmodel vormt de structuur van een les beeldende vorming.
Voorbereiding
|
Context
|
Belevingswereld
Filmsterren
|
Basisplan
|
Opdracht en randvoorwaarden
De leerlingen gaan een paspop maken met
verschillende materialen. De leerlingen krijgen een wc-rol, ijzerdraad,
wol/stof, knopen, lijn, naaigaren en een stuk hout. De leerlingen maken
hiermee een paspop. Als zij de basis van de paspop gemaakt hebben, gaan zij
er zelf kleren op ontwerpen met de stof. De leerlingen kiezen zelf een filmster
uit en mogen zelf bepalen hoe hij/zij eruit komt te zien.
|
|
Receptie /Oriëntatie
|
Introduceren
|
Beeldcultuur
We introduceren het thema ‘filmsterren’ met stukje
film over Marilyn Monroe, daar kom zij als filmster in voor. Dit is ter
inspiratie en introductie.
Beeldaspecten
Het moet een paspop worden die aangekleed
kan worden. De leerlingen krijgen ook hiervoor de benodigdheden.
Ontwikkelingsfasen
De kinderen leren hoe een paspop in elkaar zit, dat
het uit drie delen bestaat (een draad voor de armen, een draad voor de benen
en een borststuk). Ze ervaren dat je de pop in verschillende standen kunt
zetten.
|
Vragen
stellen
|
Verschillende vragen * Waar denk je aan bij een filmster? Glitter, Rode loper, Jurken, Films, Veel Geld. * Welke filmsterren ken je? George Cloony, Marilyn Monroe, Brad Pitt, Tom Cruise.* Hoe zien deze mensen eruit? Lange glitter jurken, Strakke pakken, Zonnebrillen. | |
Informeren
|
Beeldbeschouwen
Nadat we het filmpje hebben bekeken, vertel ik kort
iets over Marilyn Monroe. Daarna leg ik uit wat precies de bedoeling is. Ik
leg laat zien hoe de leerlingen de armen en benen moeten maken en ik schrijf
op het bord wat de stappen zijn om de pop te maken. Ik benoem alle
materialen, en laat ook zien op welke manier ik ze met elkaar verbindt.
|
|
Instrueren
|
Beeldend Probleem
We gaan een paspop maken. Deze paspop moet twee
armen en twee benen bevatten. Deze worden aan de romp bevestigt. Maar hoe
moeten we dat doen? (Door gaatjes te
maken en de ijzerdraden er door heen te doen). De leerlingen mogen daarna
zelf weten wat voor kleren zij de pop aan trekken, maar het moet wel op een
filmster lijken. (Dit kun je bijvoorbeeld doen door de pop een glitterjurkje
aan te doen).
|
|
Productie /Uitvoering
|
Observeren
|
Beeldend Vermogen
Het is belangrijk dat de kinderen zelf nadenken over
wat voor kleding ze de pop aan doen. De basis is er, hoe de paspop gemaakt
moet worden, maar hoe en wat ga je de pop aan doen. Die kleding moeten ze
zelf bedenken en ontwerpen.
|
Begeleiden
|
Werkprocessen
Sommige leerlingen zullen het lastig vinden om zelf
de kleding te bedenken. Ik laat ze samen werken als het zelf niet lukt, of ik
zelf ze zelf ter ondersteuning laat ik nog wat plaatjes zien. Waar nodig is,
begeleid ik de leerlingen.
|
|
Afronden
|
Tijdsmanagement
De leerlingen krijgen voor deze opdracht een uur en
30 minuten de tijd. Ik zeg het als de helft van de les voorbij is, dan moeten
de leerlingen beginnen met kleding ontwerpen. Op het einde benoem ik dat de
leerlingen nog een kwartier hebben om alles af te ronden.
|
|
Reflectie /Nabeschouwing
|
Nabespreken
|
Reflecteren
We bespreken de opdracht kort na door nog eens naar
het stappenplan te kijken, hoe moesten we de paspop ook alweer maken? De
leerlingen stallen hun werkjes op hun tafelgroepje uit en leggen er een
papiertje bij met hun naam. De Tafelgroepen staan op en gaan met de klok mee
langs elk groepje om de werkjes van elkaar te bekijken. De leerlingen krijgen
per tafel ongeveer een halve minuut om te kijken. De leerkracht stuurt dit
aan door te zeggen als de leerlingen door moeten wisselen.
|
Beoordelen
|
Beoordelingscriteria (matrix)
De paspop moet aan een aantal criteria voldoen. Het
moet twee armen en twee benen hebben, die je kunt bewegen. Daarnaast moet de
paspop minimaal één kledingstuk aan hebben, dus een jurkje of jasje. Ook moet
er gewerkt worden met stof en ander kosteloos materiaal.
|
|
Presenteren
|
Presentatievorm
De kinderen mogen een klein toneelstukje gaan
bedenken wat bij het thema ‘circus’ hoort, en gaan dat met de handpoppen
uitspelen.
|
Criteria
|
Matig
|
Voldoende
|
Goed
|
Techniek
(3 punten)
|
De paspop kan niet bewegen. (1p)
|
De paspop kan bewegen, maar niet blijven staan. (2p)
|
De paspop kan in de goede stand gezet worden en blijft staan. (3
p)
|
Materiaal
(3 punten)
|
Er is geen gebruik gemaakt van stof of kosteloos materiaal (1 p)
|
Er is gebruik gemaakt minimaal 1 stuk stof en 1 stuk kosteloos materiaal (2 p)
|
Het werk is gemaakt met veel verschillende materialen. (3 p)
|
Vorm
(4 punten)
|
Het werk ziet er niet uit als een paspop (1 p)
|
Het werk ziet eruit als een paspop, maar draagt geen kleren (2 p)
|
Het werk is duidelijk herkenbaar als paspop en heeft kleding aan. (4
p)
|
Kindertekeningen
ONDERBOUW
Dit is een
tekening van een leerling uit groep 3. (onderbouw)
Opvallend zijn de objectkleuren. Het gras is groen, het water is blauw.
Je ziet in de tekening een kop-buikpoter, dat zijn de twee poppetjes die je ziet op het gras. Je ziet dat er wel een buik wordt getekend het besef van het volledige lichaam.
Ook is er sprake van afsnijding. De regenboog is niet helemaal af, buiten de kaders van de tekening loopt de regenboog nog door. Een ander opmerkelijk aspect is dat de juf wel armen heeft, om te kunnen vissen en de ik-persoon heeft geen armen. Dit heeft te maken met belang en verdringing. De juf heeft haar armen nodig om te kunnen vissen en de ik-persoon heeft geen armen nodig om iets vast te houden. Ook zie je een lijn dat voor de horizon doorgaat. Onder is gras en daarna begint de lucht.
Je ziet in de tekening een kop-buikpoter, dat zijn de twee poppetjes die je ziet op het gras. Je ziet dat er wel een buik wordt getekend het besef van het volledige lichaam.
Ook is er sprake van afsnijding. De regenboog is niet helemaal af, buiten de kaders van de tekening loopt de regenboog nog door. Een ander opmerkelijk aspect is dat de juf wel armen heeft, om te kunnen vissen en de ik-persoon heeft geen armen. Dit heeft te maken met belang en verdringing. De juf heeft haar armen nodig om te kunnen vissen en de ik-persoon heeft geen armen nodig om iets vast te houden. Ook zie je een lijn dat voor de horizon doorgaat. Onder is gras en daarna begint de lucht.
MIDDENBOUW
In de
tekening zie je een duidelijke horizon de leerling heeft het
onderscheid gemaakt tussen grond en lucht door middel van het tekenen van een
lijn en hoge gebouwen. Wat opvallend is, is dat de leerling nog niet het
principe van het water door heeft. Wat ook opvallend is, is de herhaling
van het motief. Waardoor steeds dezelfde vorm terugkomt zoals: de
auto’s op de brug met dezelfde ‘neuzen’. In de tekening is er ook doorzichtigheid:
de leerling heeft ‘in’ de brug auto’s getekend. Als laatste is er grootte
verschil; het huis is een stuk kleiner dan de Eiffeltoren.
BOVENBOUW
In de
tekening zie je verschillende objectkleuren; de trompet is geel, de
hockeystick heeft een randje en een IPad is zwart. Ook zie je meerdere
grondlijnen in de tekening is niet alles op één lijn getekend. Hierdoor
bevat het meerdere grondlijnen. Je ziet verder nog overlapping omdat, de
hockeystick over de trompet is heen getekend en de meneer staat er achter
getekend. Als laatste zie je exemplariteit in de tekening. De
objecten hebben allemaal een eigen code; de mannen hebben kort haar en een
baard, de trompet heeft knopjes en er komt geluid uit. Ook de IPad heeft zijn
eigen home knop.
Klei opdracht - Marit Nieuwerf
# Twee klei opdrachten
Tijdens college 8 moesten we een kleiopdracht doen. Deze opdracht was niet zomaar een kleiwerk maken. Dit kleiwerk moest hol zijn van binnen. Dit moest je als volgt doen: eerst maak je, je bonk klei tot een bal. Vervolgens rol je met de deegroller de bal plat tot een pannenkoek. Deze pannenkoek vouw je dicht tot een soort taco met een rietje ertussen. De randjes maak je goed dicht met water. Met het rietje blaas je lucht in de taco en dit zorgt ervoor dat de taco bol gaat staan. Je gaat dan met een houten lepen de goede vorm erin slaan.
* Origineel
* Beeldend probleem
Het beeldende probleem is dat het kleiwerk hol moest zijn. Dit moest je op de manier die boven is beschreven doen. Ook was het de bedoeling dat het de vorm moest hebben van een fruitstuk. Op deze foto's is een peer te zien.
Er moest iets met het fruitstuk gebeuren. Bij deze peer is te zien dat er iemand op gaan staan is. Dit is te zien in een vooraanzicht en een bovenaanzicht.
Tijdens college 8 moesten we een kleiopdracht doen. Deze opdracht was niet zomaar een kleiwerk maken. Dit kleiwerk moest hol zijn van binnen. Dit moest je als volgt doen: eerst maak je, je bonk klei tot een bal. Vervolgens rol je met de deegroller de bal plat tot een pannenkoek. Deze pannenkoek vouw je dicht tot een soort taco met een rietje ertussen. De randjes maak je goed dicht met water. Met het rietje blaas je lucht in de taco en dit zorgt ervoor dat de taco bol gaat staan. Je gaat dan met een houten lepen de goede vorm erin slaan.
* Origineel
Schuin bovenaanzicht
* Na bewerking
Bovenaanzicht
* Beeldend probleem
Het beeldende probleem is dat het kleiwerk hol moest zijn. Dit moest je op de manier die boven is beschreven doen. Ook was het de bedoeling dat het de vorm moest hebben van een fruitstuk. Op deze foto's is een peer te zien.
Er moest iets met het fruitstuk gebeuren. Bij deze peer is te zien dat er iemand op gaan staan is. Dit is te zien in een vooraanzicht en een bovenaanzicht.
Klei opdracht - Loes van de Wetering
# Twee klei opdrachten
Tijdens college 8 moesten we een kleiopdracht doen. Deze opdracht was niet zomaar een kleiwerk maken. Dit kleiwerk moest hol zijn van binnen. Dit moest je als volgt doen: eerst maak je, je bonk klei tot een bal. Vervolgens rol je met de deegroller de bal plat tot een pannenkoek. Deze pannenkoek vouw je dicht tot een soort taco met een rietje ertussen. De randjes maak je goed dicht met water. Met het rietje blaas je lucht in de taco en dit zorgt ervoor dat de taco bol gaat staan. Je gaat dan met een houten lepen de goede vorm erin slaan.
* Origineel
* Beeldend probleem
Het beeldende probleem is dat het kleiwerk hol moest zijn. Dit moest je op de manier die boven is beschreven doen. Ook was het de bedoeling dat het de vorm moest hebben van een fruitstuk. Op deze foto's is een banaan te zien.
Er moest iets met het fruitstuk gebeuren. Deze banaan lag op de grond en iemand is er op gaan staan. Dit is te zien in een vooraanzicht en een bovenaanzicht.
Tijdens college 8 moesten we een kleiopdracht doen. Deze opdracht was niet zomaar een kleiwerk maken. Dit kleiwerk moest hol zijn van binnen. Dit moest je als volgt doen: eerst maak je, je bonk klei tot een bal. Vervolgens rol je met de deegroller de bal plat tot een pannenkoek. Deze pannenkoek vouw je dicht tot een soort taco met een rietje ertussen. De randjes maak je goed dicht met water. Met het rietje blaas je lucht in de taco en dit zorgt ervoor dat de taco bol gaat staan. Je gaat dan met een houten lepen de goede vorm erin slaan.
* Origineel
Vooraanzicht
* Na bewerking
Vooraanzicht
Bovenaanzicht
Het beeldende probleem is dat het kleiwerk hol moest zijn. Dit moest je op de manier die boven is beschreven doen. Ook was het de bedoeling dat het de vorm moest hebben van een fruitstuk. Op deze foto's is een banaan te zien.
Er moest iets met het fruitstuk gebeuren. Deze banaan lag op de grond en iemand is er op gaan staan. Dit is te zien in een vooraanzicht en een bovenaanzicht.
Schilderij Massacultuur + Beeldaspecten - Marit Nieuwerf
# Format Beeldaspecten
Hoofdcategorie
|
Kleur
|
Deelbegrip
|
Koude en warme kleuren
|
Afbeelding
|
|
Korte
omschrijving
Van het begrip
|
Je ziet kleuren als licht- en donker blauw in het schilderij, dit zijn koude kleuren. Rood wordt gezien als een warme kleur.
|
Hoe in de afbeelding
|
Je ziet de warme rode kleur terug recht boven en gedeeltelijk op het hoofd van Barack Obama, ook komt het terug in de stropdas en langs de lijnen van zijn ogen. Het licht blauw zie je terug in het woord 'Hope', linksboven het hoofd van Obama en in zijn nek. En het donker blauw komt terug in zijn colbert en zijn nek.
|
Welk effect in de afbeelding
|
Het geeft een effect dat Obama zijn koele en rustige kanten heeft, maar toch ook zijn warme kant. Hij kan rustig zijn maar ook strijdlustig of boos, De kleuren versterken elkaar
|
Schilderij Klassiek + Beeldaspecten - Marit Nieuwerf
# Format Beeldaspecten
Hoofdcategorie
|
Ruimte
|
Deelbegrip
|
Vogelvluchtperspectief
|
Afbeelding
|
|
Korte
omschrijving
Van het begrip
|
Het standpunt is hoog vanuit de lucht gezien. Dus hoe een vogel het landschap zou zien.
|
Hoe in de afbeelding
|
Je ziet geen lucht op het schilderij. Er is geen horizon te zien en je kijkt neer op de velden en het huis.
|
Welk effect in de afbeelding
|
Het levert een overzicht op bij de kijker. De kijker kan goed zien hoe het gebied eruit ziet. Ook lijkt het alsof de kijker op een berg staat of over het gebied heen vliegt, als een vogel.
|
Vetkrijt tekening + Beeldaspecten
# Format Beeldaspect
Hoofdcategorie
|
Kleur, fuctionele kleuren
|
Deelbegrip
|
Ruimte 2D, overlapping
|
Afbeelding
|
|
Korte
omschrijving
Van het begrip
|
In de tekening springt de kleur eruit. Er worden functionele kleuren gebruikt: de worm is roze/paars de appel is rood met geel, het gras is groep en de aarde is bruin. Ook is er een kleur-tegen-kleur contrast gebruikt met primaire kleuren.
Overlapping is dat de objecten over elkaar heen zijn getekend. Je ziet een object dus niet helemaal omdat er een ander object overheen zit.
|
Hoe in de afbeelding
|
Je ziet het kleur-tegen-kleur contrast duidelijk terug bij de appel die uit de worm komt. rood geel en roze is naast elkaar getekend en dit versterkt het effect van de appel.
De overlapping zie je ook weer terug bij de appel. Je ziet de onderkant van het klokhuis niet, omdat dat in de worm zit. De worm overlapt dus het appel klokhuis.
|
Welk effect in de afbeelding
|
Je ziet in de tekening waar het accent op ligt. Namelijk op het klokhuis dat uit de worm komt (normaal komt de worm uit de appel). Ook geven de functionele kleuren aan dat deze worm onder de grond zit. Het geeft dus aan waar de worm is en waar het accent ligt.
|
Abonneren op:
Posts (Atom)